|
Jan Gerard Palm is één van de meest vooraanstaande 19e-eeuwse componisten van het Caribisch gebied. Palm wordt vaak de 'Vader van de klassieke muziek van Curaçao' genoemd. Op relatief jonge leeftijd had Jan Gerard Palm al verschillende muziekensembles gedirigeerd. In 1859 werd hij benoemd tot muziekdirecteur van het burgerwachtorkest op Curaçao.
|
|
Christiaan Alardus Ulder (Curaçao, 9 januari 1843 – Curaçao, 21 augustus 1895) was muziekleraar, componist, dirigent, pianist, organist, bassist en fluitist. Al op dertienjarige leeftijd bekleedde Chris Ulder de functie van organist in de Sint-Annabasiliek op Curaçao. In 1873 werd hij de allereerste organist van de Mikvé Israel-synagoge op Curaçao, een functie die hij tot aan zijn dood in 1895 bekleedde. In 1881 werd Ulder benoemd tot dirigent van het orkest van de Stedelijke Schutterij, een functie die hij overnam van Jan Gerard Palm. In 1885 volgde ook een benoeming tot dirigent van de militaire kapel op Curaçao.
|
|
Jules François Blasini (Curaçao, 2 februari 1847 – Curaçao, 26 december 1887) werd geboren als zoon van Maria Elizabeth Leon uit Curaçao en de Corsicaan Jean Blasini. Jean Blasini was destijds consul van Frankrijk op Curaçao. Later zou hij zijn consulaat overdragen aan zijn enige zoon Jules.
|
|
Joseph Sickman Corsen (Curaçao, 13 december 1853 – Curaçao, 9 oktober 1911) was zowel dichter als musicus en groeide op in een gezin waar muziek en literatuur deel uitmaakten van het dagelijks leven. Zijn vader, Daniel Corsen, die piano en fagot speelde, was halverwege de 19e eeuw een bekend muziekleraar.
|
|
Paul Quirino de Lima (Curaçao, 4 juni 1861 – Curaçao, 18 februari 1926) wordt gerekend tot de romantici onder de Curaçaose componisten van zijn tijd. De Lima heeft de evolutie van de Curaçaose wals meegemaakt en hier ook daadwerkelijk aan meegewerkt.
|
|
Johannes Petrus Boskaljon (Curaçao, 17 april 1863 – Curaçao, 5 maart 1936) kreeg zijn eerste fluit- en tenorhoornlessen van zijn oom Frederik de Jongh. Tijdens zijn militaire dienst kreeg Boskaljon de gelegenheid en tijd om zijn muzikale kennis en ervaring verder te verdiepen en te verbreden. Op 33-jarige leeftijd werd hij benoemd tot dirigent van de militaire muziekkapel van Curaçao, een functie die hij tot zijn pensionering in 1922 zou bekleden.
|
|
Miguel Senior (Curaçao, 5 maart 1877 – Dominicaanse Republiek, 6 juni 1947) is een van de meest getalenteerde pianisten die Curaçao heeft voortgebracht. Na zijn opleiding aan het conservatorium gaf hij recitals op alle bekende concertpodia in Latijns-Amerika en ook in Parijs.
|
|
Jacobo Conrad (Curaçao, 20 september 1879 – Curaçao, 25 mei 1918) is een pseudoniem van de Curaçaose violist en componist Elias Martinus. Conrad kreeg zijn eerste muziekonderricht van de violist Pierre Kalekrijt op Curaçao. Kalekrijt speelde eerste viool in het ensemble El Progreso dat in 1886 opgericht werd door de Curaçaose violist en componist Paul Quirino de Lima (1861-1926).
|
|
De veelzijdige musicus en componist Rudolf Theodorus (shon Dòdò) Palm werd op 11 januari 1880 geboren op Curaçao. Rudolf Palm begon op zevenjarige leeftijd met het nemen van fluitlessen bij zijn grootvader, de Curaçaose musicus en componist Jan Gerard (shon Gerry) Palm (1831-1906). Rudolf leerde vervolgens op dertienjarige leeftijd klarinet, op veertien jarige leeftijd piano en op zeventienjarige leeftijd saxofoon spelen. Ook kreeg hij van Jan Gerard Palm onderricht in algemene muziekleer, harmonieleer en compositie. Contrabas, mandoline, orgel, cuarta en gitaar heeft hij zichzelf aangeleerd.
|
|
Eleazar Henriquez (Charles) Levy Maduro (Curaçao, 5 oktober 1883 – New York, 6 oktober 1947) is een telg uit de muzikale, joodse familie Maduro op Curaçao. Charles Maduro bekwaamde zich in het spelen piano, viool en bekken. Al op 13-jarige leeftijd begon hij ook met componeren. Charls Maduro maakte deel uit van het 'Orfeo Orchestra' waarin hij bekken speelde. Toen dit orkest op 17 juni 1899 haar eerste concert gaf, ging de Curaçaose wals 'Un Bouquet', gecomponeerd door de toen 16-jarige Charles Maduro, in première.
|
|
Jean Bernard Antoine (shon Toni) Palm werd op 19 juni 1885 op Curaçao geboren als zoon van George Frederik Palm en Selly Guilhoux. Toni Palm werd geboren in Pietermaai 23, het huis waar zijn grootouders van moederskant woonden en hij werd vernoemd naar zijn grootvader van moederskant Johannes Bernardus Antonius Guilhoux.
|
|
Rudolf Frederic Willem Boskaljon werd geboren op 28 maart 1887 te Curaçao. Hij kreeg zijn muziekonderricht van zijn vader, de bekende Curaçaose dirigent en componist Johannes Petrus Boskaljon (1863-1936) en van Paul Quirino de Lima (1861-1926).
|
|
Jacobo José Maria Palm, meestal 'Coco' genoemd, was een veelzijdig en zeer getalenteerde musicus en componist. Door zijn dichterlijke schriftuur van de Curaçaose wals en de meesterlijke wijze waarop hij deze wist te vertolken stond hij in zijn tijd bekend als de Walsenkoning van Curaçao. Jacobo Palm was daarnaast lange tijd concertmeester van het Curaçaos Philharmonisch Orkest en heeft vele internationale solisten aan de vleugel begeleid. Zijn werk is bekroond met vele onderscheidingen.
|
|
Emirto de Lima werd op 25 januari 1890 geboren op Curaçao. Hij ontving zijn eerste muzieklessen van zijn vader, de musicus en componist Paul Quirino de Lima (1861-1926). Vervolgens studeerde hij bij Pedrell in Barcelona en daarna aan de Schola Cantorum de Paris bij Vincent D'Indy.
|
|
De veelzijdige musicus en componist Albert Palm (Curaçao, 5 januari 1903 – Curaçao, 10 juli 1958) kreeg de voornamen Telésforo Albert, maar ging door het leven als Albert Telésforo. Albert Palm begon op achtjarige leeftijd met het nemen van pianolessen bij zijn vader Rudolf Palm (1880-1950). Later nam hij ook cellolessen bij de Curaçaose musicus en componist Paul Quirino de Lima (1861-1926). Bij de oprichting in 1939 van het Curaçaosch Philharmonisch Orkest werd hij door zijn vader, die één van de medeoprichters was van dit orkest, overgehaald om zich tevens te bekwamen in het bespelen van de contrabas.
|
|
Edgar Rudolf Roemer Palm, achterkleinkind van Jan Gerard Palm, was een zeer getalenteerde pianist en organist. Zijn ruim negentig composities leverden vele prachtige Curaçaose walsen en mazurka’s, sensuele danzas en opzwepende tumba’s en marsen. Naast zijn muziek, leverde Edgar Palm een belangrijke bijdrage aan het behoud van het muzikale erfgoed van de Nederlandse Antillen met zijn boek 'Muziek en musici van de Nederlandse Antillen', dat in 1978 werd gepubliceerd
|
|
Rufo Wever werd op 8 december 1917 geboren op Aruba. Hij kreeg vanaf zijn zesde jaar pianoles van Mw. Rodriguez-Timmer en leerde zichzelf saxofoon, gitaar, klarinet en kuarta spelen. Op 15-jarige leeftijd richtte Wever zijn eigen orkest “Melody band” op en componeerde toen hij 18 jaar was zijn eerste wals “Arubanita”. Deze wals was de eerste wals die toenmalig Prinses Juliana tijdens haar bezoek in 1955 aan Aruba heeft gedanst.
|
|
Juan Chabaya Lampe, internationaal bekend geworden als Padú Lampe, werd op 26 april 1920 geboren als tweede zoon van Henry Lampe en Ida Lampe-Croes. Als eerbetoon aan zijn overleden grootvader die Padú werd genoemd, kreeg Juan Chabaya de koosnaam Padú. Padú Lampe raakte via zijn vader, die indertijd een bekende pianist was op Aruba, ook geïnteresseerd in muziek. Op 10-jarige leeftijd speelde Padú Lampe al verschillende muziekinstrumenten: kuarta, mandoline, klarinet en piano. Nadat hij de Arubaanse pianist en componist Rufo Wever een keer piano had horen spelen, koos Padú ervoor zich volledig toe te leggen op het pianospelen.
|